Grote mantel (juveniel) (Pecten maximus) Zijn de oortjes voor en achter gelijk en heeft de klep geen ribben of een begin van ribben aan de rand, is het over het algemeen kleiner dan 10mm en transparant? | |
Zevenribbige mantel (Pseudamussium pelslutrae) Zijn de oortjes voor en achter van gelijke lengte en heeft de klep 3-10 ribben? | Ja |
Grote mantel (Pecten maximus) Zijn de oortjes voor en achter van gelijke lengte en zijn er duidelijk brede golvende ribben (14-17) met daarover fijnere ribjes? het eerst gevormde deel kent nog geen ribben | |
IJslandse mantel (Chlamys Islandica) Zijn de oortjes voor en achter van gelijke lente, heeft de klep tot 140 fijne ribben? | |
(Delectopecten vitreus) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep alleen een sculptuur van fijne lijntjes (geen ribben) met langs de randen uitsteekseltjes en is de klep transparant? Voorste oor is niet duidelijk afgescheiden van de rest van de schelp, sculptuur van fijne lijntjes, geen ribben? | Ja |
Tijgerpels (Palliolum tigerinum) Is het achterste oor langer dan het voorste oor en heeft de klep 40-80 heel fijne stralende ribben? geen ribben op de jongste schelpen en sommige exemplaren hebben 3-5 grove plooien | |
(Palliolum incomparabile) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep fijne lijntjes, maar nooit golvende plooien en is basisschelp rond (zonder de oren)? geen ribben op de jongste schelpen | |
Wijde mantel (Aequipecten opercularis) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep ongeveer 20 ribben en is de schelp bijna rond? | |
Bonte mantel (Mimachlamys varia) Is het achterste oor langer dan het voortste oor, heeft de klep tussen de 30-35 ribben en is deze langer dan breed? Kleppen met zelfs in de jongste fase ribben | |
(Karnekampia sulcata) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep 15 primaire ribben en daarnaast secundaire en tertiare ribben die totaal tot ongeveer 45 ribben komen, hebben alle ribben stekeltjes of knobbels? Ribben lopen door tot op de apex | |
Gebochelde mantel (Crassodoma distorta) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep 60-70 eenvormige ribben, hebben de ribben gegroefde stekels (grote exemplaren vervormen aan de randen)? zefs de jonste fases hebben ribben | |
Gestreepte mantel (Palliolum striatum) Is het achterste oor langer dan het voorste oor, heeft de klep ongeveer 70 ribben en is de klep bijna cirkelvormig? |
ExoskeletEen versteviging van het lichaam aan de buitenkant en direct zichtbaar | : | ja 1 |
Schelp | : | ja |
Vorm | : | tweekleppigen; ovaal of bijna rond 2 |
GelijkkleppigBij tweekleppigen of de linker- en de rechterklep min of meer gelijk zijn | : | nee 3 |
SymmetrischLigt de apex in het midden van de schelp | : | nee 3 |
ApexHet eerst gevormde deel van de schelp (top). | : | in het midden 2 |
Bovenrand | : | recht 2 |
Byssusopening | : | ja 3 |
Beschrijving | : | inkeping in het achterste oor van de rechterklep 3 |
Periostracum | : | ja |
Kleur | : | bruin 2 |
Ostracum | : | ja |
Kleur | : | Zeer variabel; vaak erg kleurrijk 2 3 |
Oren | : | ja |
Beschrijving | : | duidelijk ontwikkeld; voorste vaak smaller dan achterste 2 3 |
Aantal | : | 2 |
RibbenEen sculptuur die dwars staat op de groeilijnen/ groeirichting | : | ja |
Aantal | : | Bijna alle soorten waaiervormige ribben van de top naar de onderrand 2 |
Area | : | smal 2 |
LigamentHet uit conchioline bestaande onderdeel dat ervoor zorgt dat een schelp zonder de werking van de sluitspieren open staat. Het ligament kan inwendig en/of uitwendig zijn. Het inwendige deel heet het resilium, het uitwendige deel het tensilium. | : | ja |
ResiliumHet inwendige ligament dat als een prop bij de umbo zit en de schelpkleppen open drukken. | : | ja |
Vorm | : | driehoekig 2 |
Locatie | : | in het midden van de bovenrand 2 |
ResiliumveldEen meestal driehoekig veldje onder de top waarop het resilium zit of zat. Sommige schelpen hebben ook lepelachtige structuur die we een chondrofoor noemen. | : | driehoekige holte 2 |
TandenHet soort tanden van de schelp taxodont, heterodont, etc. | : | anodont; in zeer jeugdige schelpen taxodont 3 |
CardinaalDe cardinale tanden liggen direct onder de top en zijn vaak wat kort en stomp. | : | nee 2 |
LateraalDe laterale tanden liggen wat verder verwijderd vanaf de top en zijn vaak wat langer gerekt. | : | nee 2 |
Sluitspierindruksels | : | ja |
Beschrijving | : | juveniele schelpen hebben 2 spierindruksels 3 |
Aantal | : | 1 2 |
Voorste | : | nee 2 |
Achterste | : | ja 2 |
Beschrijving | : | bijna centraal iets achter het midden en is duidelijk uit twee afdelingen samengesteld: een groot rond stuk met dwarsgestreepte spiervezels, dat de zwembeweging uitoefent en een klein stuk, dat aan de achterzijde sikkelvormig tegen het ronde aan ligt, met overlangs gestreepte spiervezels, die de schelp gesloten houdt 2 |
Mantellijn | : | ja |
Beschrijving | : | enkelvoudig |
Lichaam | : | ja 1 |
Mantel | : | ja 1 |
Voet | : | ja |
Beschrijving | : | de voet wordt ook gebruikt om de schelp te poetsen en kan hinderlijke voorwerpen uit de schelp verwijderen. 2 |
Vorm | : | klein, vingervormig, bij voorste schelpopening, onder het voorste oortje 2 |
Byssusklier | : | ja 2 |
Locatie | : | een overlangse spleet in de voet 2 |
Siphonen | : | nee 2 |
Ademhalingsorgaan | : | ja |
Kieuwen | : | ja |
Aantal | : | 2 2 |
Locatie | : | een linker en een rechter 2 |
Vorm | : | elke kieuw verdeeld in twee kieuwplaten 2 |
Geslachtsorganen | : | ja |
Man | ||
Kleur | : | lichtgeel 2 |
Vrouw | ||
Kleur | : | oranjerood 2 |
Habitat | : | Van ondiep tot zeer diep; liggen met de rechterklep op de bodem 2 3 |
Verspreiding | : | Alle zeeën van de wereld, in de tropen veel rijker aan soorten dan in de gematige breedten. 2 |
Tijdvak | : | zijn al bekend vanuit het Carboon 2 |
Voortbeweging | : | Sommige soorten Pectinidae zijn bekend om hun zwem capaciteit. Een Pectinidae zwemt door water op te nemen door zijn klep te openen, waarna hij bij het sluiten van de klep het water met grote kracht aan de scharnierkant eruit spuit, door middel van het velum. Het velum is een gordijnachtige vouw van de mantel die wordt gebruikt om de stroom van het water rond het scharnier, als beweegbare stralen, of de vleugels te leiden. Het normale zwemmen is in de richting van klep opening, maar de Pectinidae kan scherp van richting veranderen door gebruik van het velum. 2 |
GeslachtHermafrodiet of geslachtelijke voortplanting, zie ook geslachtsorganen | : | Kunnen hermafrodiet of van twee geslachten zijn (maximus, opercularis en varius zijn hermafrodiet, tigerinus en distortus onbekend) 2 |
Larvale fase | : | Larvale schelpen bezitten en taxodont slot 2 |
Bronnen | : |
|