Lengte | : | 120 mm |
Kleur | : | Rozig paars met witte knokkels (wordt wit als ze afsterven) |
Thallus | : | ja |
Vorm | : | varenachtig |
Structuur | : | bevat kalk dat het thallus stevigheid geeft. |
VertakkingBij de hydropoliepen bekent als hydroclaudia | : | regelmatig |
Vruchtlichaam | : | ja 1 |
Tetrasporen | : | ja 1 |
Beschrijving | : | Door meiose wordt in de tetrasporofytische (diploïde) fase tetrasporen gevormd. Na de meiose ontstaan er 4 sporen die te verdelen zijn in 3 soorten: kruisvormig, zonaat en tetraëdrisch 1 |
Cellen | : | ja 1 |
Chloroplast | : | ja 1 |
Chlorofyl a | : | ja 1 |
Phycoerythrin | : | ja 1 |
Phycocyanin | : | ja 1 |
Bronnen | : |