Lengte | : | 110 mm |
Lichaam | : | alleen met onduidelijke vlekken |
Kop | : | brede kop met gezwollen wangen; bovenzijde kop met schubben |
Sensoren | : | ja |
Licht | : | ja |
Ogen | : | ja |
Beschrijving | : | dicht bij elkaar |
Tastzintuigen | : | ja1 |
Beschrijving | : | over het gehele lichaam verdeeld11 |
Druk | : | ja1 |
Zijlijn | : | 1 |
Beschrijving | : | onduidelijk of ontbeekt geheel11 |
Ademhalingsorgaan | : | ja2 |
Kieuwen | : | ja2 |
Vorm | : | draderig2 |
Kieuwdeksels | : | ja2 |
Vinnen | : | ja1 |
Rugvin | : | ja |
Beschrijving | : | 2; aan de basis duidelijk gescheiden; gestraald; achterrand van de eerste rug met een donkere vlek |
Staartvin | : | ja2 |
Beschrijving | : | met een gestraald uiterlijk2 |
Buikvin | : | ja |
Beschrijving | : | samengegroeid tot een zuignap |
Voedsel | : | bodemdieren, kreeftachtigen en vissenlarven |
Vijand | : | voedsel voor vele consumptie vissen11 |
Habitat | : | langs de kust en in estuaria; bodem dier |
Diepte | : | ≤40 m |
Verspreiding | : | Oost-Atlantische Oceaan, Noordzee, Oostzee. |
Zomer | : | langs de kust |
Winter | : | in dieper water |
Paaitijd | : | zomer |
Broedzorg | : | de eieren worden afgezet in lege schelpen en bewaakt door het mannetje |
Eieren | : | ja1 |
Beschrijving | : | afgezet bij de bodem aan wieren, stenen of in lege schelpen. Worden door de mannetjes bewaakt.11 |
Aquariologie | : | Goed te houden in aquaria, als ze voorzichtig worden behandeld tijdens vangst en transport. Planten zich ook voort in gevangenschap.11 |
Websites | : | |
Literatuur | : | - Muus, Bent J.. (1978). Elseviers Zeevissengids: Elsevier.
|
Bronnen | : | - https://strandvondsten.nl/Gobiidae
- https://strandvondsten.nl/Actinopterygii
|