home | nieuwsblad | informatie
Ensis minor (Chenu, 1843)
NL Klein tafelmesheft
×
620693784 0
620693784 0
×
620693784 1
620693784 1
Hoogte:30 mm
Breedte:140 mm
ExoskeletEen versteviging van het lichaam aan de buitenkant en direct zichtbaar
:ja 1
Schelp:ja 1
   Vorm:smal, langgerekt, recht of iets gebogen 2
   Tweekleppig:ja 1
   
GelijkkleppigBij tweekleppigen of de linker- en de rechterklep min of meer gelijk zijn
:ja
   
DikteDikte van het schelp materiaal
:stevig, ondoorschijnend 2
   
SymmetrischLigt de apex in het midden van de schelp
:nee
   
ApexHet eerst gevormde deel van de schelp (top).
:In de regel iets naar achteren gebogen
   
UmboDe top en het gewelfde deel van de schelp die daarop volgt bij tweekleppigen.
:prosogyr
   Bovenrand:recht
   
VoorrandBij tweekleppigen de zijrand waar de sipho's niet uitkomen
:schuin afgeknot, even breed als achterzijde, gapend
   
AchterrandBij tweekleppigen de zijde waar de sipho's uitkomen
:recht afgeknot, even breed als voorzijde, gapend
   Onderrand:parallel aan bovenzijde
   
CommissuurRaaklijn waarlangs de kleppen op elkaar vallen, dit ligt vaak in 1 vlak, het zogenaamde commissuurvlak.
:Langgerekte rechte schelp. Ruim 7x zo lang als hoog.
   Periostracum:ja
      Dikte:weinig ontwikkeld
      Kleur:bruingroen
      Structuur:glanzend 2
   Ostracum:ja
      Kleur:Bruinroze gekleurde bandjes op een lichtere ondergrond vaak met paarse of lila vlekjes die ook naar de binnenkant doorschemeren. Er loopt vanaf de top een diagonale lijn die het patroon in delen deelt, met aan de ene kant horizontale streepjes en aan de andere kant verticale.
      Structuur:lichte lamelvorming aan de achterkant
         
ParallelDe structuur parallel aan de groeilijnen
:groeilijnen
   
KielEen scherpe plooi in de schelp
:ja 2
      Beschrijving:van boven-voorzijde naar onder-achterzijde; deelt twee velden van verschillende kleur en structuur 2
   
LigamentHet ligament zorgt ervoor dat de kleppen in rust toestand open staan. Door het gebruik van de sluitspieren kan het dier de kleppen sluiten. Het ligament is gemaakt van conchioline. Het ligament kan inwendig en/of uitwendig zijn. Het inwendige deel heet het resilium en is een prop concioline die de kleppen open drukt. Het uitwendige deel heet het tensilium en bestaat uit een band conchioline die de kleppen open trekt. Het tensilium bevindt zich nabij de apex van de schelp.
:ja
      
TensiliumHet uitwendige ligament dat als een band zichtbaar is en de schelpkleppen open trekt.
:ja
         
LocatieDrie mogelijkheden
Opisthodeet
Het tensilium ligt achter de top
Prosodetic
Het tensilium ligt voor de top
amphideet
Het tensilium ligt zowel voor als achter de top
:ongeveer een kwart van de totale lengte 2
   
TandenDe tanden zorgen ervoor dat de twee kleppen netjes op elkaar sluiten:
Anodont
Zonder tanden
Dysodont/Desmodont
Kleine, zwakke tanden nabij de top. Of: tanden in de vorm van een aantal knobbeltjes
Taxodont
Een groot aantal gelijkvormige tanden die recht, waaiervormig of chevronvormig (V-vormig) onder de top staan.
Heterdont
2-3 cardinale tanden direct onder de top en enkele laterale tanden langs de voor- en achterrand.
Isodont
Zeer grote tanden aan beide kanten van de resiliumgroeve. Of: enkele symmetrische gerangschikte tanden
Schizodont
Zeer grote tanden met parallele groeven evenwijdig met de as van de tand.
Pachydont
Grote, zware, lompe tanden. De vertanding komt alleen voor in "rudists"
:Heterodont
      
CardinaalDe cardinale tanden liggen direct onder de top en zijn vaak wat kort en stomp.
:ja
         Links:2 vertikale en 2 horizontale tanden
         Rechts:1 vertikale en 1 horizontale
         Beschrijving:kort en klauwvormig 2
      
LateraalDe laterale tanden liggen wat verder verwijderd vanaf de top en zijn vaak wat langer gerekt.
:ja 3
         Rechts achter:ja 2
            Aantal:1 2
            Beschrijving:lang, lijstvormig 2
         Links achter:ja 2
            Aantal:1 2
            Beschrijving:lang, lijstvormig, bijna parallel aan de bovenrand 2
   
HypostracumDe binnenste van de drie lagen (niet altijd aanwezig) ook wel parelmoerlaag genoemd. Deze laag is opgebouwd uit koolzure kalk die is afgezet in zeer dunne bladvormige kristallen. Wordt gemaakt door de gehele mantel.
:nee 3
   Binnenzijde: 2
      Kleur:wit, bij jonge exemplaren schijnt de tekening van de buitenkant door 2
      Structuur:iets porseleinachtig glanzend 2
   Sluitspierindruksels:ja
      Aantal:2
      Voorste:ja
         Beschrijving:langwerpig, voor en achteraan even breed
      Achterste:ja
         Beschrijving:ovaal
   Mantellijn:ja
      Beschrijving:Dichter bij de voorrand dan bij de onderrand en evenwijdig daar aan
      Mantelbocht:ja 2
         Beschrijving:diep, op ongeveer 1/6 van de totale lengte van de achterrand 2
Lichaam:ja 2
   Mantel:ja 2
      Rand:vergroeid, behalve voor de siphonen, de voet en een ventrale opening (die ook kan ontbreken) 2
   Voet:ja 2
      Vorm:lang en relatief smal 2
   Byssusklier:ja 2
      Locatie:bij jonge exemplaren op de voet 2
   Siphonen:ja 2
      Aantal:2 2
      Beschrijving:kort, grotendeels vergroeid, alleen aan de uiteinden gescheiden en dragen daar elk een krans van tasters 2
Ademhalingsorgaan:ja 3
   Kieuwen:ja 3
      
Type
Potobranchia
Een paar pluimachtige kieuwen of ctenidia met twee rijen platte filamenten op elke kieuw
Filibranchia
Lange dunne filamenten die op hun plek gehouden worden door aan elkaar verbonden cilia
Eulamellibrancia
De lamellae zijn verbonden door tissue, de filamenten zijn stevig verbonden door vasculaire verbindingen. De hele kieuw heeft iets weg van een geperforeerd blad.
Septibranchia
Dit zijn gedegenereerde kieuwen. De filamenten zijn sterk gereduceerd. De kieuwen zijn vervormd tot geperforeerde spier delen tussen de twee palliale kamers.
:Lamellibranch 3
Voedsel:phytoplankton 2
Habitat:In zandgrond, verdraagt geen zwarte, gereduceerde sedimenten 4
   Saleniteit:30-40 PSU 2
   Verspreiding:Van de Noorse kust tot aan en in de Middellandse Zee. Niet in de Oostzee.
Voortbeweging:Ingraven - Als de schelp plat op de bodem ligt graaft de voet zich met een bocht in het zand, zodanig dat hij vertikaal zich kan ingraven. Hierbij komt hij eerst schuin en later recht te staan.
Bij het rechtstandig ingraven wordt de voet snel uitgestoken en met de spitse punt in het zand gedreven. Deze punt buigt zich vervolgens haakvormig om naar de dorsale kant. Bij de derde fase verbreedt de voet zich tot een soort stempel. Deze drie bewegingen kunnen zich een aantal malen in dezelfde volgorde herhalen, totdat de voet op maximale lengte buiten de schelp is. Daarna verbreedt de stempelvormige zool zich zeer sterk en werkt als een anker, terwijl de voet zich in de lengte richting verkort en de schelp omlaag trekt. Voor de contractie van de voet sluit de schelp zich zoveel mogelijk. Trekt de voet zich krachtig samen dan wordt uit de schelpruimte van het dier een groot deel van het water geperst, zowel opwaarts door de siphonen als benedenwaarts via de pedale opening, waarmee tevens het omringende zand wordt weggespoeld. De bewegingen hebben regelmatig en snel plaats. 2
Levensverwachting:12 jaar
Literatuur:
Bronnen:
  1. https://strandvondsten.nl/Bivalvia
  2. https://strandvondsten.nl/tweekleppigen/Ensis
  3. https://strandvondsten.nl/tweekleppigen/Heteroconchia
  4. Craeymeersch, J.A. & M.R. van Stralen & J.W. Wijsman & J. Kesteloo & J. Perdon & I. de Mesel (31 december 2007). Ontwikkeling van een monstertuig voor bestandsopnames van mesheften. IMARES.
© 2006 - 2025 strandvondsten.nl / Powered by huwatoco.nl / info@huwatoco.nl