Lengte | : | 40 mm |
Lichaam | : | ja |
Vorm | : | ovaal, zwakgewelfd, kalkspicula komt in de rughuid voor. |
Kleur | : | geelbruin, wit, roodachtig, bruinzwart |
Mantel | : | ja |
Rand | : | vrij breed |
MondIngang voor voedingsstoffen, ook bekend als instroomopening. | : | ja |
Beschrijving | : | omgeven door een brede lob, die op de hoeken tentakelachtig uitgetrokken is |
Papillen | : | ja |
Beschrijving | : | zacht, vaak spits, zonder kalkspicula |
Radula | : | ja |
Formule | : | (3-8)-1-0-1-(3-8) |
Beschrijving | : | geen middentand, de eerste zijtand is veel groter anders van vorm, de 3-8 overige zijtanden zijn haakvormig, spits en met kleine spitsjes bezet. De verdere zijtanden zijn kleiner, haakvormig en liggen dicht opeen. |
Sensoren | : | ja |
Rinoforen | : | ja |
Kleur | : | gelig |
Beschrijving | : | zijn geperforieerd en staan vooraan op de rugzijde, hun opening is van onregelmatige lobjes voorzien |
Ademhalingsorgaan | : | ja |
Kieuwen | : | ja |
Aantal | : | 7-9 |
Locatie | : | achteraan op de rug om de anus, aan hun basis vergroeid |
Vorm | : | dubbel- of driedubbelgeveerd |
Kleur | : | wit met bruine stippen |
Voet | : | ja |
Beschrijving | : | bijna even breed als het lichaam en kan bij het kruipen uit de mantel steken |
Geslachtsorganen | : | ja |
Man | : | Penis is meestal bewapend |
Habitat | : | Zoutwater |
Verspreiding | : | Middellandse Zee tot Noordelijke zeeën |
Eieren | : | ja |
Vorm | : | worden in een opstaande bekervormige band gelegd |