Tubularia indivisa Linnaeus, 1758
Penneschaft 
Oaten pipe 
Hochstämmiger Röhrenpolyp 
- Biota - Animalia - Cnidaria - Medusozoa - Hydrozoa - Hydroidolina - Anthoathecata - Aplanulata - Tubulariidae - Tubularia| Generatiewisseling | : | ja 1 |
| Lengte | : | 40 cm |
| Steel | : | ja |
| Materiaal | : | chitineus |
| Aanhechting | : | een grondplaat die een soort wortels vormt |
| Hoogte | : | 20 cm |
| Vorm | : | vaak met elkaar vergroeid |
| Kleur | : | bruin met overlangse gele strepen, aan de bovenkant oranjerood |
| Vertakt | : | meestal niet |
| Thecae | : | nee |
| Hydrothecae | : | nee 2 |
PoliepEen poliep is een mogelijke fase in het leven van een neteldier (Cnidaria). De meeste poliepen zitten op een vaste ondergrond, er zijn er ook die ronddrijven in de zee, de meest bekende variant is waarschijnlijk het portugese oorlogsschip dat vaak een kwal wordt genoemd maar feitelijk een verzameling poliepen is. De basis bouw van een poliep is een buis met aan de onderkant een voet en aan de bovenkant een mondopening met tentakels. | : | ja ×   |
| Vertakking | : | meestal onvertakt |
| Kleur | : | oranjerood, roze met bloedrood centrum |
| Tentakels | : | twee tentakelkransen; kleurloos |
| Mondtentakels | : | ongeveer 40 korte tentakels |
| Buitenste tentakels | : | ongeveer 30 langere (≥10 mm) tentakels die wijd uitstaan |
| Kolonie | : | ja 1 |
| Beschrijving | : | Vastzittende poliep. Poliep in meerdere of mindere mate beschermd door een periderm 1 |
| Habitat | : | Litoraal vanaf de laagwaterlijn |
| Diepte | : | ≤300 m |
| Verspreiding | : | Beide zijden van de Noord-Atlantische Oceaan |
| Voortplanting | : | vorming geslachtsorganen vanaf ongeveer april; er vormt zich een kwalletje maar dat blijft vastzitten aan het ouderdier; er wordt een speciale larve afgestoten (actinula larve) |
| Voortplantingsorganen | : | witte bolletjes met oranje-rode puntjes erin; tussen de tentakelkransen; in het voorjaar |
| Larvale fase | : | De actinula larve is een kwalletje met 10 tentakels waarmee het kan lopen. Door stroming kan het in het plankton terecht komen. Al lopend vestigt de larve zich op een harde ondergrond meestal aan de voet van de kolonie, maar het kan ook op het ouderdier zijn. |
| Levensverwachting | : | Na de voortplanting vallen de poliepen van de stelen. In de loop van de zomer vormen zich weer nieuwe poliepen aan het eind van de stelen. |
| Websites | : | |
| Literatuur | : |
|
| Bronnen | : |